Mag ik je dochter zijn papa?

Mag ik je dochter zijn papa?

2e Paasdag en het sneeuwt. Ik denk aan het liedje van mijn jeugdidool Prince ‘Sometimes it snows in April’, dat gaat over iets wat je niet verwacht en je toch kan overkomen. Terwijl ik -moeizaam- de melodie probeer te herinneren, vullen mijn ogen zich met dikke tranen. Krampachtig probeer ik ze tegen te houden, maar het lukt me niet. Ongegeneerd laat ik ze maar rollen want jij bent overleden.

Mijn papa
Jij. Mijn papa, jij bent nu dood.
Twee jaar oud was ik, toen je vertrok. Ik bleef altijd op zoek naar jou. Als klein kind draaide ik mijn hoofd om naar elke Indische man die ik op straat zag. ‘Zou dat mijn vader zijn?’ ging er dan door mijn kinderkopje.

Tien jaar geleden heb ik je toch ontmoet. De weerspiegeling van mijzelf toen ik je zag, was schokkend. Als halfbloed heb ik niets van de Indische cultuur in mijn opvoeding meegekregen. Ik voelde me zó Hollands. Maar door jouw aanwezigheid kon ik mijn Indische roots niet meer ontkennen. Ik herkende zoveel van mijzelf in jou.

We hebben enkele maanden geprobeerd om nader tot elkaar te komen. Hierin faalden we grandioos. Je verdween weer. Ditmaal voorgoed. Ik was boos en verdrietig, maar stopte het gevoel weer weg; tenslotte was je een vreemde voor me.

Het leven vormt ons
Jaren laten koos ik voor dit mooie vak in de uitvaart. Menig families heb ik begeleid en ik zag met regelmaat gelijksoortige situaties voorbij komen. Als bemiddelaar laveer ik daaromheen en vel daarbij geen oordeel. Want elk verhaal kan anders worden belicht. Tenslotte worden we gevormd door wat het leven ons brengt.
Mensen die de oorlog hebben meegemaakt zien de wereld ook niet meer door een roze bril. Die gebeurtenissen vormen de mens. Er blijven littekens achter die vaak zorgvuldig worden verborgen.
Het is mijn taak om onbevooroordeeld te zijn en daarom wordt elke overledene door mij even zorgvuldig en respectvol behandeld. Zonder oordeel. Want dat verdient elk mens. Ook jij. Met diezelfde liefdevolle gedachte, denk ik nu ook aan jou.

Mijn werk heeft mij milder gestemd in mijn oordeel over jou. Het leven loopt zoals het loopt. Zo ook jouw leven. Wellicht was er bij jou sprake van schaamte, pijn en verdriet en durfde je me niet nogmaals onder ogen te komen. Ik weet het niet. Maar zullen we het samen nog één keertje proberen? Want ik ben écht niet meer boos op je papa.

Blijf je bij me?
Mag ik je dan alsjeblieft opnieuw leren kennen? Vertel je mij dan wie jij bent en wat jou beweegt? En vertel je me alles over opa & oma en Indonesië. Voor heel eventjes wil ik graag jouw dochter zijn. Wil jij dan zeggen dat je van me houdt en dat je nu voor altijd bij me blijft?

Peter

* Jakarta, 25 oktober 1949   –   † Rotterdam, 5 april 2021

Back to top